Post uit Malawi
Bomvolle klassen met geconcentreerd schrijvende kinderen…
Ha die Bracha!
Ik ben nog maar een dag echt hier, maar het voelt als een maand. Dat is altijd zo als je reist hè. Heb jij dat ook altijd? Even een update van mijn eerste ervaringen hier, superleuk dat ik een beetje tegen je aan kan schrijven, want het is nogal een overdonderende hoeveelheid indrukken. Ik zal proberen er iets van te beschrijven.
Vanmorgen bezochten we onze eerste school. Losse klaslokalen aan een veld rond een klein dorp met rieten daken, bomvolle klassen met geconcentreerd schrijvende kinderen, bevlogen hoofd van de school Elisabeth – ja, een vrouw! – kokende schoolmoeders die al roerend, dansend en zwoegend pap stonden te bereiden waarmee ze in sommige gevallen de enige maaltijd van de dag maakten voor leerlingen. Die droogte door El Nino waar wij toen dat oproepje voor hebben gedaan is echt een groot probleem. Mensen hopen hier nu “God willing” dat het komend regenseizoen (vanaf november) echt goed nat wordt. Dat is al twee jaar niet gebeurd. Het was echt fijn om te zien dat de kinderen op een Edukans school in ieder geval ook een voedzame maaltijd krijgen, want zo zei Elisabeth, “op een lege maag kan je niet leren”.
Maar van deze dag, zal juist een verhaal van buiten de school me het meest bijblijven. Een klein eindje lopen het dorp in ontmoette ik een meisje van 15, Grace. Het idee was om ook een kind te ontmoeten dat niet naar school gaat, want met het succesverhaal van Elisabeth zou je weleens het gevoel kunnen houden dat alles perfect gaat, maar dat is natuurlijk niet zo. Kinderen in vodden in het klaslokaal, de blote voeten, de slechte gebitten… Eigenlijk is de armoede zo’n bepalend onderdeel in de levens van iedereen hier, en dus ook van de kinderen; de meest simpele basisbehoeften worden al niet vervuld, of amper, je kunt je haast niet voorstellen dat ze toch nog iets willen leren. Maar die wil is er zeker! Alleen wordt het soms onmogelijk, zoals voor Grace. Een lange vrouw met een schuchtere oogopslag wacht me voor haar huisje op, samen met haar moeder en oma. De drie vrouwen zitten teneergeslagen op het stoepje. Speciaal voor mij wordt er van binnen een matje van riet gehaald. (Zou ik mijn schoenen uit moeten doen als ik daarop loop?) Ik wil vooral van Grace horen waarom ze niet meer naar school gaat, maar om daar nou meteen naar te vragen… Via Elisabeth, die nu als tolk fungeert vraag ik wat ze leuk vond om te doen op school, hoe ze het vond, wat ze wil worden. Ze vond vooral lezen en schrijven leuk, ze vond het heerlijk op school en wat ze wil worden… (ik lette erop dat niet in het verleden te plaatsen, ik dacht: ik moet gewoon vragen wat ze wil worden, het kan toch nog steeds!). Ze wil lerares worden, net als Elisabeth, vertaalde Elisabeth – zichtbaar in haar nopjes.
Maar nu zat Grace hier, thuis. Wat was er gebeurd? Gelaten vertelt ze dat haar moeder ziek is, haar vader dood. Oma woont ook in huis. Iedereen heeft een zwakke gezondheid, behalve zij. Dat betekent dat ze voor het huishouden zorgt, en het inkomen. Grace wordt stiller en stiller terwijl ze het vertelt. Ze maakt een depressieve indruk, en ik kan het wel begrijpen. Waar kan ze hoop uit putten? Ik vraag me af of de school niks kan doen, juist op deze basisschool (de school waar Grace graag alsnog naartoe wil met haar 15 jaar is de basisschool!) proberen ze schooluitval actief te voorkomen en bestrijden. Kunnen ze deze Grace, die duidelijk gemotiveerd is, niet ondersteunen? De koppen worden bij elkaar gestoken, het schoolhoofd is er en een lid van de ouderraad de “mother group”. Na wat overleg komt er het volgende uit: Grace kan terug naar school. De kosten worden gedekt door school en de gemeenschap gaat haar actiever helpen thuis. Was dat nou zo moeilijk, denk ik bij mezelf. Maar terwijl het matje wordt opgerold dat buiten ligt krijg ik nog een rondleiding door het huisje met drie kleine kamertjes, meer dan 15 vierkante meter kan het niet zijn. Het matje wordt uitgerold onder de klamboe, vanavond slapen oma, moeder en dochter er weer op. En hoewel Grace vannacht misschien voor het eerst weer kan dromen van een toekomst als juf ben ik toch blij dat ik mijn slippers uit had gedaan. Ik realiseer me dat overleven hier nog zoveel aandacht vraagt, dat je niet altijd kunt zien dat je buurmeisje hulp nodig heeft. Misschien verklaart dat het? Hoeveel Graces zouden er nog zijn in dit land?
Anyway, thanks voor het lezen van dit hele relaas. Hoe is het met jou? Jij bent druk aan het werk volgens mij. Heerlijk om daar iets over te lezen. En ik heb Magnus dus mee hè trouwens. Hij is met zijn vier jaar en blonde haren wel een attractie hier. Wat is de spannendste plek waar jij jouw kinderen wel eens mee naartoe hebt genomen? En kan je je voorstellen dat je je zo op zou offeren voor familie dat je je eigen dromen ermee in gevaar brengt, zoals Grace?
Leuk om van je te horen, ik heb hier een soort van permanente geen WiFi, maar ja, probeer daar nog maar eens ongegeneerd over te klagen als de meeste mensen die je ziet niet eens schoenen hebben. 🙂 Maar een leuk briefje van jou zou een welkome afwisseling zijn!
Dank, lieve groeten,
Sofie
Het verhaal van Grace werd een sprookje
Lieve Sofie.
Dank voor je indrukwekkende brief.
Op dit moment ben ik inderdaad druk aan het werk. Ik speel een hoofdrol in een Duitse film. Naast het filmen, ben ik druk bezig de Duitse tekst in mijn hoofd te krijgen. Dit kost iets meer tijd dan ik van te voren bedacht had. Vandaag is één van de weinige dagen dat ik thuis kan zijn bij de kindjes. Ze verwachten uiteraard de volle aandacht van mij. Toen ik vanochtend mijn mail wilde openen om je brief te lezen, werd dit natuurlijk niet op prijs gesteld. De computer werd eerst dichtgeduwd en aan alle kanten gingen ze aan me hangen. Toch probeerde ik tijdens dit geworstel en geknuffel door, je brief te lezen. Sophia (3,5 jaar) duwde haar voet in mijn gezicht en vroeg: “Mama weet jij wel wat ik later wil worden?” Ja zei ik, brandweerman, dat roept ze immers al maanden. “Neeheee! Juffie! Dan kan ik voor de kindjes zorgen! Mama wat ben je aan het doehoen?” Ze gooide haar andere been in de lucht, waardoor ze een halve draai maakte en bijna op haar hoofd viel. Net voordat ik de computer dicht wilde slaan, bedacht ik me dat het misschien een idee was om je brief aan Sophia voor te lezen. Sophia vond dit een goed idee en de jongens Kees en Boris (bijna 1) vermaakten elkaar alweer in de box.
Doordat ik je brief soms wat meer in kindertaal beschreef, werd het verhaal van Grace een soort sprookje. Het maakte veel indruk op Sophia. Toen ik voorlas dat ze niet naar school kon, zette Sophia grote ogen op en ze slaakte een kreet van schrik. “Waarom niet?” vroeg ze. Ze begreep dat Grace voor haar moeder en oma moest zorgen, maar ook dat het haar verdrietig stemde. En toen uiteindelijk Edukans Grace de kans kon geven om terug naar school te keren, door het gezin bij te staan, was Sophia blij met de goeie afloop.
Het voorlezen van jouw brief aan Sophia was ontroerend en ook een beetje verdrietig. Je realiseert je des te meer hoe goed je het hier hebt. De vanzelfsprekendheid dat Sophia naar school kan, dat ze kan kiezen wat ze later wil worden. Dat zou voor iedereen zo moeten zijn. Grace krijgt nu gelukkig die kans. Ik hoop dat wij via Edukans daar ook iets aan kunnen bijdragen.
Ik ben benieuwd naar je verdere reis en ook hoe je zoontje Magnus het ervaart. Bijzonder dat jullie deze reis samen aan het maken zijn. Sophia heeft haar jas al aangetrokken om iets leuks te gaan doen. Als we even later op straat lopen, roept Sophia heel hard “Grace wil net als mij Juffie worden!”
Liefs,
Bracha
Manis: “Ik heb op school de kans om iemand te worden”
Lieve Bracha,
Dank voor je mooie brief, wauw, die rol in Duitsland klinkt gaaf! Ik kan me voorstellen dat het een pittige klus is om die tekst in je hoofd te krijgen. (Het enige Duits dat ik ken is de definitie van de Verlichting van Emmanuel Kant; daar kregen we toen een bonuspunten voor bij filosofie in VWO5, maak ik al wel de helft van mijn leven furore mee :-). En die Sophia! Wat een lekker boefje. Leuk dat ze al zo’n uitgesproken idee heeft over wat ze wil worden en dat Grace een beetje tot haar verbeelding sprak, vooral in de sprookjesversie van jou. Dat is natuurlijk jouw vak, een verhaal vertellen. Wist jij altijd dat jij dit wilde worden, of ben je er na het modellenwerk pas op gekomen? En was er iemand die jou inspireerde? En er zijn vast mensen die zich nu aan jouw voorbeeld optrekken, ik vind dat altijd heel gek als iemand zoiets tegen me zegt.
Misschien dat Sophia dit verhaal dan ook mooi vindt. (Ik heb er alvast een soort sprookje van geprobeerd te maken)
Er was eens in een ver land, een meisje dat Manis heette. Ze was al groot, veel groter dan jij, maar nog lang niet zo groot als mama. Toch kreeg ze al een kindje. Omdat ze best een eind naar haar school moest lopen op haar slippers over de stoffige wegen die van haar rieten hutje naar haar klaslokaal leidden, kon ze daar niet meer heen. Haar meester vond het jammer dat ze niet meer kwam, hij wist dat ze slim genoeg was om meer te doen dan alleen maar thuis zitten om voor haar baby te zorgen. Hij bleef briefjes sturen, en vragen of ze weer kwam. (De baby overleed maar dat moet je er misschien maar niet bij vertellen). En op een dag kwam ze weer naar school. Ze is nu een stuk ouder dan haar klasgenootjes, en ze was ook allerlei dingen vergeten, maar ze wil nu harder haar best doen dan ooit. Later, als ze groot is, wil ze zuster worden in een ziekenhuis. En nog lang en gelukkig leven.
Toen ik haar vroeg waarom ze het zo fijn vond op school zei ze: “Ik heb hier de kans om iemand te worden.” Dat antwoord trof me zo. Kennelijk hangt ons gevoel om iemand te worden af van wat we kunnen worden.
O en voor Sophia heb ik nog een geweldig rolmodel, Macey van 19, die tijdens haar stage op de PABO voor 65 (!) leerlingen staat. De kinderen in haar klas vragen aan het einde van de les of ze niet nog wat langer door kan gaan omdat het zo leuk vinden. Ze geeft dankzij Edukans op een hele nieuwe manier les, veel interactiever. Dat helpt kinderen natuurlijk heel erg om makkelijker te leren, want anders ben je alleen maar aan het stampen.
Magnus is hier als een vis in het water. Hij is totaal op zijn gemak, zelfs als hij door honderden leeftijdsgenootjes achtervolgd wordt rennend over een veld. Ik ben dan zo trots op hem en hoop zo dat deze ervaring beklijft. Ik vind het heel bijzonder dat hij mee kon en dan ik hem dit kan bieden als moeder. Vorig jaar had hij een vriendje in de klas, een zwart jongetje dat Jimmy heet. Deze zomer is hij verhuisd, en is hij ineens uit zijn leven verdwenen. Terwijl we daar op het schoolplein liepen tussen al die kinderen riep Magnus ineens: “Hee mam! Jimmy is natuurlijk hierheen verhuisd!”
Succes met die teksten en een dikke kus voor jou en je kindjes!
Sofie
“Contrast voelt met de minuut groter”
Lieve Sofie,
Vandaag sta ik in de geluidsstudio voor het tweede seizoen van de tv-serie Nieuwe Buren. Ik moet mezelf opnieuw inspreken, daar waar het geluid niet goed genoeg was. Vlak voor ik naar binnen ga lees ik je brief. De rest van de dag laat het verhaal van Manis me niet meer los.
Je had het tussenhaakjes geschreven voor Sophia. Dat de baby van Manis overleed. Wat een leven heeft zo’n meisje al achter de rug. Terwijl ik een autoscene aan het naspelen ben‚ denk ik aan Manis, haar baby, de briefjes en iemand willen worden. Ik krijg een bericht. Het consultatiebureau herinnert me eraan dat mijn zoontjes morgen ingeënt worden. Iets wat hier gelukkig vanzelfsprekend is, maar wat misschien voor de baby van Manis een redding was geweest.
Toen ik op de toneelschool zat, kreeg ik het in het tweede jaar moeilijk. Ik wist niet meer waarom ik daar zat en voor wie ik het deed. Ik zag het niet meer zitten en besloot te stoppen met de opleiding. Na een half jaar er tussenuit te zijn geweest, zag een docent van de regieopleiding mij een monoloog spelen en heeft mij toen terug gehaald naar school. De zelfreflectie in dat half jaar was belangrijk, maar zeker ook deze docent. Fantastisch hoe de docent van Manis haar briefjes is blijven schrijven. Dat hij haar zag en contact met haar is blijven zoeken. Misschien wel haar redding.
Op de weg terug naar huis ren ik een supermarkt in. Ik kijk naar de schappen vol met etenswaren, luiers en wasmiddelen. Het contrast tussen onze werelden voelt met de minuut groter. In de auto denk ik aan je brief en dat ik die morgen weer aan Sophia zal voorlezen. Ik bedenk me hoe groot ook de verschillen zijn, de emoties bij iedereen hetzelfde zijn. Verdriet, liefde angst en hoop. Hoop die de leraar van Manis haar gaf. Macey die 65 leerlingen zo inspireert, dat ze er geen genoeg van kunnen krijgen. Hoop die jij tijdens deze reis samen met Edukans aan de kinderen geeft. Een kans op een toekomst en om iemand te worden zoals Manis zelf zei.
Lieve Sofie volgens mij vlieg je morgen terug. Wat een overweldigende reis moet dit zijn geweest. Magnus heeft vast veel nieuwe vrienden gemaakt. Het zal wel even raar voelen om weer in Nederland te zijn. Hoor graag van je als je terug bent hoe je op deze reis terugkijkt.
Happy landings!
Liefs,
Bracha
“Deze stille ramp vraagt om actie”
Lieve Bracha,
Bedankt voor je brief, heerlijk om te lezen over jouw leven en hoe je in gedachten toch een beetje met ons meereist. En zelfs Sophia leeft mee. Wat vond ze van het nieuwe sprookje? Geen idee of je haar hier iets van kunt vertellen, anders is deze brief gewoon voor jou.
Hier op de luchthaven van Blantyre verwerken de volwassenen het nieuws dat onze terugvlucht gecanceld is en dat we in groepjes worden herverdeeld over andere opties. Sommigen via Frankfurt (met Lufthansa – ik denk gelijk aan jouw Duitse filmscript, ken je het al uit je hoofd?) met lange wachttijden en latere aankomst. Iedereen wil gewoon naar huis, alle indrukken zijn ons niet in de koude kleren gaan zitten, en dan is het fijn om te weten dat je straks weer gewoon je geliefden kunt knuffelen. Magnus speelt hier op de vloer met zijn autootjes en lijkt zich nergens iets van aan te trekken. De flexibiliteit van kinderen blijft me verbazen, hun veerkracht is de hoop voor de toekomst, ook in dit land. In het land van hun levensomstandigheden is het natuurlijk vreselijk om te klagen over een paar uur vertraging en wat meer gedoe om straks thuis te komen in onze comfortabele huizen vanwaar we naar onze tjokvolle supermarkten lopen om alles te kopen wat we maar willen. Toch kun je met dat contrast niet alles relativeren, je leeft toch weer snel vanuit je eigen perspectief.
Wat fijn om te lezen dat je zo met Manis bezig was… Dat zou zij zelf vast ook een mooi idee vinden, dat haar verhaal zoveel mensen raakt. Ik reageerde ook heel geschokt op het overlijden van haar baby; zij leek het zelf heel gelaten te vertellen. Het leven is hier zoveel harder. En bizar genoeg heeft ze nu wel haar handen vrij om te doen wat ze wil.
Ik kwam hier om meisjes te ontmoeten die, meer dan jongens, voor allerlei uitdagingen staan om hun schoolcarrière af te maken. Het ene na het andere indrukwekkende verhaal kreeg ik te horen, van sterke vrouwen die de kans die onderwijs biedt met beide handen aanpakken. Maar over alles heen hing de grauwsluier van honger. Eigenlijk werd dat steeds dwingender het thema van deze reis. Niet alleen nu is eten nog een groot probleem, maar dat zal het de komende maanden nog blijven. De droogte houdt aan, de regen begint ieder jaar later, kinderen op scholen vroegen ons allemaal om eten en drinken. Edukans wil zich natuurlijk op die duurzame investering van onderwijs richten, maar dit was zo in our face… We waren er steeds weer ondersteboven van. Deze stille ramp vraagt om actie. Kinderen in vodden, zonder schoenen is al naar, maar als je dan hoort dat de witgrijze plekken in hun donkere haar veroorzaakt worden door ondervoeding, en je kijkt om je heen naar die hoofdjes en je ziet dat meer dan de helft dat soort plekken heeft – dan krimpt je hart in elkaar. Dit mogen we toch niet laten gebeuren! En ondertussen vloog de president van Malawi met een privévliegtuig naar de VN in New York. De decadentie versus de meest mensonterende armoede. Het gevoel van onmacht is vreselijk, maar ik weet nu dat we met Edukans echt iets doen. Uiteindelijk is onderwijs de enige weg om echt aan de armoede – en dus ook aan de honger – te ontsnappen. Daar geloof ik, nu ik het met eigen ogen heb gezien, sterker in dan ooit.
Magnus vist zijn auto van de vieze vloer hier. Nou ja. Hij vermaakt zich in ieder geval bij de gate. Op de scholen ging Magnus ook zijn eigen gang. Er waren eigenlijk teveel kinderen in een keer voor hem om echt vrienden te maken. Alleen op de eerste dag had hij een vriendje, een geestelijk gehandicapt jongetje, dat niet door zijn kleur maar door zijn afwijking ook buiten de groep viel. Dat vond Magnus geen enkel probleem; hij zei alleen maar dat het jongetje wel wat langer was dan hijzelf. Opvallend dat dat voor hem het meest in het oog springende verschil was.
Terwijl hij naast mij nu Finding Nemo kijkt en ons toestel op het punt staat op te stijgen vanuit Nairobi naar Frankfurt (en dan dus nog naar Schiphol, wat een reis; maar gelukkig komen we nog mee) denk ik terug aan Magnus’ opmerking bij de laatste school. We liepen over het stoffige schoolplein naar de auto toen hij zei: “Mama, ze hebben hier wel weiniger dan wij hè…”
Lieve Bracha, het was heerlijk om zo tegen je aan te kunnen schrijven deze week, een stevig meelevend lijntje naar Nederland, en ik ben blij dat je zoveel aan het draaien bent, toch goed dat je niet gestopt bent met de toneelschool destijds. Ik hoop dat we elkaar gauw weer zien voor Edukans of ergens anders.
Nogmaals dank voor je fijne post!
Sofie xx